Angst en stress: ontwenningsverschijnselen
Rokers zijn meestal verslaafd aan de nicotine in de tabaksrook. Deze stof werkt in op de hersenen. Wanneer een roker geen sigaretten meer heeft, of stopt met roken zonder medische hulp, lijden zijn hersenen onder het gebrek aan nicotine en krijgt hij te maken met ontwenningsverschijnselen.
Mogelijke ontwenningsverschijnselen zijn rusteloosheid, angst en stressgevoeligheid. Zodra de roker opnieuw rookt, verdwijnt dit ongemak omdat de hersenen hun dosis nicotine hebben gekregen. Zo wordt de roker gesust. Hij denkt dat sigaretten hem emotioneel helpen en zijn stress verminderen, maar eigenlijk vullen ze gewoon een leegte.
Nicotine: een pepmiddel
Het is nochtans bewezen dat nicotine eigenlijk een pepmiddel is. Na de ontwenning ervaren veel rokers net minder stress.
Depressie: oorzaak of gevolg van tabaksgebruik?
Roken en depressie gaan vaak hand in hand. Heb je last van angsten, dan kan roken misschien even een kalmerend effect hebben. Men denkt te vaak dat sigaretten sombere gedachten in rook doen opgaan …
Je moet je echter de vraag stellen: rook ik omdat ik depressief ben? Of veroorzaken of bestendigen de sigaretten net mijn depressieve gevoelens?
Een recent onderzoek bewijst dat stoppen met roken helpt een depressie te bestrijden. Van meer dan 3000 rokers die een ziekenhuis bezochten om te stoppen met roken, ervaarden zij die leden aan een depressie en die erin geslaagd waren te stoppen met roken, een verbetering van hun mentale gezondheid. 66% van de personen met een gematigde of ernstige depressie die gestopt waren met roken, gaf na een opvolging van een jaar aan dat hun depressiesymptomen verdwenen of minimaal waren.